De recente discussies rond Sasur in Suriname, herinnerden mij aan het onderstaande artikel dat ik als onderdeel van mijn examen ‘Internet Governanceâ€Â  schreef. Hoewel het probleem van Sasur zich meer op het commerciële vlak afspeelt, is het mijns inziens deel van een grotere issue die momenteel wereldwijd speelt en waar ook de individuele consument de kans loopt nieuwe restricties opgelegd te krijgen. Deze restricties worden over het algemeen geformuleerd in een bepaald deel van de wereld en aan de rest van de wereld opgelegd of klakkeloos door hun overgenomen voor individueel winstbejag. Echter is het mijns inziens sterk aan te bevelen om alvorens beleid te kopiëren, eerst de toepasbaarheid en acceptatie binnen de heersende maatschappij cultuur te toetsen. Neem nu het ‘peer to peer’ (P2P) probleem binnen de muziekindustrie.
Het probleem dat de muziekindustrie heeft met P2P is de geautomatiseerde wijze waarop files, waarop copyright rusten, kunnen worden gekopieerd. Bij het begin van de bekende website Napster, werden duizenden ‘copyrighted’ liedjesfiles gekopieerd, en de artiesten en muziek producenten verdienden er niets aan. Het argument van Napster was dat deze files persoonlijke kopieën waren van files welke de gebruikers bewaarden op hun eigen persoonlijke computers, en waar Napster geen verantwoordelijkheid voor droeg. Heden ten dage zijn er nog meer P2P mogelijkheden. Velen maken zich niet al te veel druk om copyright wetten; ze slaan files op op hun computers, maken kopieën in MP3 of in een ander format en uploaden en downloaden hen. Deze P2P zijn erg aantrekkelijk voor die gebruikers die muziekliefhebbers zijn, en weinig geld beschikbaar hebben om muziek te kopen. Daarbij gevoegd is het idee dat wetgeving zoals the ‘US Audio Home Recording Act’ van 1992 en gelijksoortige wetgeving in andere landen specifiek aangeven dat de koper van een cd het recht heeft om een kopie te maken voor zijn eigen persoonlijk gebruik, en het recht heeft om kopieën te maken voor vrienden zolang de originele koper van de cd deze kopieën niet verkoopt.
Geluiden geclassificeerd als muziek bestaan al eeuwen. Hun doel en rol zijn in de loop der tijden veranderd van expressie van collectieve gedachten naar expressie van individuen. Maar muziek is altijd iets geweest dat gedeeld moest worden, wilde het enige betekenis hebben. Meer dan men zich realiseert, is de ervaring van samendelen een actie die beïnvloed wordt door de culturele en sociale achtergrond van de mensen die erbij betrokken zijn. In vele gemeenschappen in de ontwikkelingslanden delen families middelen teneinde hun vermogen tot ontwikkeling te verhogen. Waarom moet dit anders zijn wanneer het gaat om het delen van muziek? Is het correct om ons te beschuldigen van piraterij?
Copyright, eigendom en voordelen
De koop van wat dan ook vertaalt zich voor kopers in het recht van eigendom op wat zij gekocht hebben en tegelijkertijd de vrijheid hebben om het te gebruiken zoals zij dat willen. Wanneer het gaat om muziek erkent de Amerikaanse ‘Audio Home Recording Act’ van 1992 tot op zekere hoogte dit recht van de koper. Het reguleren van copyright echter, is niet begonnen met deze Wet van 1992. Het begon veel eerder met de ‘Licensing Act’ van 1662. Deze wet was een antwoord op het toenemend aantal drukkerijen in Engeland waarbij de autoriteiten een modus trachtten te vinden voor de controle op het drukken van boeken. Tegenwoordig zijn er bibliotheken en leescirkels die iedereen kan bezoeken en er boeken kan lenen. Legaal downloaden van muziek kan volgens Amerikaanse en Europese wetten alleen gedaan worden als de copyrights zijn verstreken of met toestemming van de artiest. De providers van deze diensten zoals i-Tunes doen dit tegen een minimale betaling, maar zelfs dit wordt aangevochten door de grote productiebedrijven.
Vaak blijft de vraag ‘wie is de eigenaar van het lied?’ Daargelaten de copyrights wetten, is het niet duidelijk wie de eigenaar is; is dat de tekstschrijver of de uitvoerder of de productie/distributie maatschappij? Naar mijn mening moet de issue van het ‘eigenaarschap’ geplaatst worden in het licht van de culturele en sociale omstandigheden in onze ontwikkelingslanden. In vele families en gemeenschappen is het de gewoonte dat dure en luxueuze goederen als groep worden aangekocht en gedeeld. De koop van de dc’s en dvd’s valt binnen deze categorie. Het gebruik van de moderne technologie maakt dit makkelijk mogelijk door het ‘branden’ van kopieën. Het weigeren om dit te doen, wordt vaak als asociaal ervaren . Dit is begrijpelijk, omdat in tegenstelling tot Amerika en Europa met hun individualistische maatschappij karakteristieken, worden  vele ontwikkelingslanden nog steeds gekarakteriseerd door ‘communaal gedrag’. De ‘Audio Home Recording Act’ van 1992 kan ingepast worden in de ideeën/gewoonten in de ontwikkelingslanden met dien verstande dat de gemeenschap bestaat uit al diegenen die aan ons zijn gerelateerd, hetzij bloed- en of andere verwantschappen. Het argument dat ‘peer to peer’ contacten   resulteren in verlies van inkomen voor producenten vind ik hogelijk argumentatief. In Indonesië waar imago heel belangrijk is en ook statusbepalend is, willen alle vrouwen gezien worden met handtassen en zonnebrillen van dure merken. Om in staat te zijn die te kunnen bezitten, kopen families één echte ‘branded’(=merk) handtas en zonnebril, die dan gedeeld wordt onder vele familieleden. Voor de rest van de tijd gebruiken zij de nagemaakte/nep versies hiervan. Verbieden van de verkoop van nepproducten vertaalt zich dus niet automatisch in een verhoogde verkoop van de echte merken. Hetzelfde geldt voor de aankoop en samen delen van muziek cd’s. Velen van zij die toegang hebben tot muziek via ‘peer-to-peer’ contacten kunnen het zich niet permitteren om de echte te kopen. Naar mijn mening profiteren vele artiesten van deze vorm van delen vanwege de groei van hun populariteit over de grenzen heen (inclusief financiële grenzen), een gratis vorm van public relations.
Conclusies
Gebaseerd op het vorenstaande ben ik het eens met de positie zoals vastgesteld in de ‘Audio Home Act’ van 1992. De persoon die een cd koopt, heeft geen patent op het product, maar heeft het recht om het in zijn eigen voordeel te gebruiken precies zoals hij recht heeft bij de koop van ieder ander product. Het delen van wat ik heb met mijn familieleden en mijn gemeenschap zolang als dit geen onmiddellijk financieel voordeel met zich meebrengt, kan en mag niet beschouwd worden als een schending van enige ‘copyright’ wet.
Angelic Alihusain-del Castilho
Vertaling: R.Alihusain
Peer-to-Peer: het distribueren van of toegang verschaffen tot files zoals computerprogramma’s, multimedia ( muziek, video, beelden), documenten of elektronische boeken.