Valide maatstaven om voorziening babyvoeding te ondergraven?

Het ministerie van Volksgezondheid dient als overkoepelend orgaan en als vertegenwoordiger van de overheid zorg te dragen voor de primaire gezondheidszorg, curatieve en preventieve zorg met betrekking tot zowel het lichamelijke als het geestelijke van de bevolking. De stichting Regionale Gezondheidsdienst (RGD) houdt zich als werkarm van het ministerie onder andere bezig met de verstrekking van door de overheid gesubsidieerde babymelk. Thans worden ten behoeve van onze zuigelingen elke week 2 blikken babymelk verstrekt. Er worden verscheidene merken verstrekt, waaronder Lactogeen, Enfamil en Nutrilon. In het nabije verleden hadden onze baby’s recht op 8 blikken gesubsidieerde babymelk, die in een keer konden worden opgekocht. Het probleem waarmee ouders/verzorgers en baby’s thans worden geconfronteerd, is dat het niet voorradig zijn van de babymelk eerder regel dan uitzondering is. Tevens is het een sleur voor de ouders om elke week weer te worden gemangeld om telkens slechts 2 blikken melk te proberen te bemachtigen. De wijze waarop zaken thans geschieden kan worden gecategoriseerd als irrationeel, inefficiënt, ineffectief en niet pragmatisch. Kunnen de actoren uit wiens brein deze werkwijze is ontsproten zich een beeld vormen van de sleur welke zij ouders/ verzorgers en onze schattige “Sranan pikin’s” aandoen? Kunnen zij zich de situatie voor de geest halen, waarbij jonge moeders hun meerdere op de werkplek moeten smeken om elke week weer voor minimaal een half uur eruit te gaan om melk voor hun kroost te zoeken. Kunt u zich de norse en minderwaardige blik, de verwensingen die naar het hoofd worden geslingerd en de onmenselijkheid van een “chef” voor de geest halen. Moet u eraan worden herinnerd dat ouders uit politieke en of etnische reden door deze meerdere op de werkplek worden gepest of hun kans schoon zien om te proberen een door hun begeerde moeder te dwingen seksuele diensten te verlenen? Of zijn dit utopische verhalen die zich in ons “heilig en God vrezend” Suriname niet voordoen? Hoe zal het aanvoelen om na deze intimidaties te hebben doorstaan van de RGD functionaris te vernemen dat zij helaas geen melk meer in voorraad hebben? Hoe zal de niet- corrupte moeder die waarden en normen in acht neemt met haar karig loon in staat zijn telkenmale haar kroost te voorzien van babymelk tegen de marktconforme prijs? Waar blijft de verantwoordelijkheid van elke regering om haar “jongvolk” consequent en structureel tegen de minimale kosten van essentiële basis voeding te voorzien?
Terugkomend op de wekelijkse ellende gepaard gaand met de zoektocht naar babyvoeding: indien u met uw voertuig gaat, dan loopt u de kans in ons chaotisch verkeer in de file te belanden, moeilijk een parkeerplaats op redelijke afstand te vinden, te worden geconfronteerd met “Lombroso”-achtige figuren die parkeergeld eisen, terug op de werkplek geen veilige parkeerplaats te vinden en weer te worden ontvangen met een tirade van de “chef”. De ellende van de zoektocht gebruikmakend van ons openbaarvervoer wordt u uit ethische reden bespaard. Het willen goedpraten van het niet voorradig zijn van de babymelk door te stellen dat men bezig is de subsidie af te bouwen en toch wordt getracht ouders tegemoet te komen kan worden gecategoriseerd als kolder. Het is nogmaals de taak van elke regering om haar volk van de basis voorzieningen tegen een gesubsidieerd tarief te voorzien. De problemen rond de aanschaf van babymelk is in de derde week van september telefonisch aan de minister van volksgezondheid voorgehouden en medegedeeld dat van hem wordt verwacht dat hij als verantwoordelijke de nodige instructies geeft om de ouders/verzorgers en de baby’s uit de malaise te helpen.
Op 18 november, 2 dagen voor de Internationale Dag van de Rechten van het Kind, is een reminder per sms gestuurd. Hopelijk wordt de minister wel van de juiste informatie voorzien door zijn medewerkers om rationele besluiten in het belang van de zuigelingen te nemen. Het is belangrijk dat hem niet wordt voorgehouden dat het niet voorradig zijn incidenteel voorkomt. Bij het vergaren van informatie over deze kwestie is duidelijk naar voren gekomen dat functionarissen een zekere mate van angst bezitten om informatie te verstrekken en blijkbaar in onze politieke turbulente en etnische discriminatoire periode aan “broodvreessyndroom” lijden. Men hoort te weten dat bij het vervullen van een functie ook verantwoordelijkheid om de bocht komt kijken en het niet alleen de bedoeling is om opdrachten uit te voeren, maar ook de consequentie van het uitvoeren van de opdracht te beredeneren en opdrachtgevers van onbevreesde feitelijke feedback te voorzien. Van verantwoordelijke regeringsautoriteiten wordt in het kader van de rechten van het kind geëist dat er te allen tijde ruimvoldoende gesubsidieerde babymelk op de RGD distributieposten is te verkrijgen en dat verzorgers instaat worden gesteld om in een keer twee wekelijks 4 blikken babymelk af te nemen.
Drs. Frits Lalay

error: Kopiëren mag niet!