Naar aanleiding van het op donderdag 20 december 2012 gepubliceerde artikel in een lokaal dagblad met als kop: “Leger is een schip met meerdere kapiteins” en de inhoud van het redactioneel artikel waarin commentaar is gegeven op dit artikel en in navolging op de toezegging van de Vice-President van de Republiek Suriname aan de De Nationale Assemblee op vrijdag 21 december j.l. in reactie op vragen gesteld in de Nationale Assemblee aangaande deze kwestie, achten het ministerie van Defensie en de bevelhebber van het Nationaal Leger het nodig de volgende verklaring uit te geven.
Op 19 december 2012 heeft de bevelhebber van het Nationaal Leger in een interview met een journalist van bovengenoemd dagblad zijn gezichtspunten met betrekking tot zijn bevoegdheden weergegeven. Uit dit interview is een artikel met de concluderende krantenkop: “leger is een schip met meerdere kapiteins” voortgekomen. Volgens officiële opgave van de Bevelhebber van het Nationaal Leger is de kop van dit artikel niet in overeenstemming met hetgeen hij tijdens dit interview heeft verklaard. Deze bewuste krantenkop, die indiceert dat er sprake is van verdeeldheid in het Nationaal Leger, is dus niet de juiste weergave van hetgeen de bevelhebber tijdens het interview heeft verklaard. Het is uit deze overtuiging waarom de bevelhebber van het Nationaal Leger thans nadrukkelijk wenst aan te geven dat zulks nimmer door hem is beweerd. De gezichtspunten van de bevelhebber die zijn uitgedragen t.a.v. bevoegdheid over militairen hebben te maken met het feit dat de Defensieorganisatie van de Republiek Suriname uit meer entiteiten en instituten bestaat dan alleen het Nationaal Leger en dat militairen in overeenstemming met geldende regelen worden ingezet bij diverse ministeries en instanties ter uitvoering van aan het Nationaal Leger opgedragen primaire en bijzondere taken. De Regering van de Republiek Suriname en de bevelhebber van het Nationaal Leger betreuren de wijze waarop bewoordingen, uitspraken dan wel delen daarvan van de bevelhebber anders zijn geïnterpreteerd dan door hem bedoeld, ookten zeerste.
In het redactionele commentaar door dit dagblad eveneens voorkomende in de editie van 20 december 2012, zijn er verregaande conclusies getrokken die onder meer de indruk wekken dat er sprake is van chaos en verdeeldheid in het Nationaal Leger. De bevelhebber van het Nationaal Leger benadrukt expliciet dat de motivatie en het moreel van de manschappen, onderofficieren en officieren van het Nationaal Leger hoog zijn. Deze motivatie komt tot uiting in de extra inzet bij de uitvoering van zowel de primaire als de ondersteunende taken van het Nationaal Leger, waarmee het Nationaal Leger als geheel heeft laten zien dat de gemeenschap en de regeringaltijd op hem kan rekenen.
Aangaande de constatering in het verschenen redactioneel artikel dat er ook sprake zou zijn van een vertrouwenscrisis, wensen het ministerie van Defensie en de bevelhebber aan te geven dat er hiervan hoegenaamd geen sprake is. Tussen de bevelhebber en de minister van Defensie enerzijds en de bevelhebber en de President van de Republiek Suriname in zijn hoedanigheid van Opperbevelhebber anderzijds is er goed en intens contact en periodiek overleg. Immers, het defensiebeleid noodzaakt dat er regelmatig contact plaatsvindt tussen de bevelhebber en de minister van Defensie. Zij betreuren het feit dat een gedachtegang op deze manier is geïnterpreteerd. Het bij het ministerie van Defensie bestaand besef van het professionalisme bij de militair belast met de bevelvoering over het Nationaal Leger, brengt met zich mee dat nooit bedoeld kan zijn wat in het redactioneel commentaar voorkomt.
De minister van Defensie en de bevelhebber zijn zich ervan bewust dat de taken van het Nationaal Leger en de bevoegdheden van de bevelhebber duidelijk zijn vastgelegd in diverse wetten m.n. de Grondwet van de Republiek Suriname, de Wet op het Nationaal Leger en het Staatsbesluit Instructie Bevelhebber. Bovendien zijn ze ervan overtuigd dat de leden van deze militaire organisatie zich ten volle van bewust dat het Nationaal Leger ondergeschikt is aan het bevoegd gezag, met name de President van de Republiek Suriname en de minister van Defensie en in overeenstemming met geldende regelen handelt.